Volgens Stichting Kankerregister is het aantal gevallen van huidkanker in België tussen 2004 en 2016 toegenomen met 342 %. Daarmee is huidkanker de meest voorkomende vorm van kanker in ons land en blijft het aantal nieuwe patiënten stijgen. Elk jaar heeft België ongeveer 39 000 nieuwe huidkankerpatiënten, waarvan 35 836 carcinomen en 3 069 melanomen.
Huidkanker ontstaat doordat bepaalde cellen van de huid en huidaanhangsels zich ongeremd delen. Huidcellen kunnen zich ongeremd delen doordat het erfelijk materiaal (het DNA) van deze cellen beschadigd is. Studies hebben laten zien dat te veel ultraviolette (UV) straling over langere periode de belangrijkste veroorzaker is van huidkanker. Deze UV straling is niet alleen afkomstig van de zon maar ook van zonnebanken. De tijdens de kinderjaren opgelopen blootstelling aan UV stralen en ook het aantal keren dat men in zijn leven in de zon is verbrand, blijken de kans op het onstaan van huidkanker ook te verhogen.
Hoewel huidkanker in theorie bij alle mensen kan optreden, zijn er een aantal risicogroepen bekend:
Het basaalcelcarcinoom is de meest voorkomende vorm van huidkanker, maar onderscheidt zich van de andere vormen van huidkanker omdat het in vrijwel alle gevallen (bijna 100%) goed te genezen is. Dat komt omdat het basaalcelcarcinoom alleen lokaal groeit, heel langzaam groeit, en niet uitzaait (zich niet verder in het lichaam verspreidt via bloedvaten en lymfebanen).
Het basaalcelcarcinoom is dus goed te behandelen door het in zijn geheel te verwijderen. Het liefst natuurlijk in een zo vroeg mogelijk stadium, als het nog klein is en met een zo klein mogelijke ingreep kan worden verwijderd.
Het komt vooral voor op oudere leeftijd en er is een duidelijke relatie met blootstelling aan zonlicht. Het wordt dan ook vaker gezien op plaatsen die veel blootgesteld zijn geweest aan zonlicht, zoals het gelaat. Vooral een teveel aan zon, en met name zonverbrandingen, zijn een risicofactor voor het ontstaan van deze en andere vormen van huidkanker. Mensen met een lichte huidskleur die snel verbranden hebben daarom meer kans op het krijgen van huidkanker.
Een spinocellulair carcinoom (plaveiselcel carcinoom) is de tweede meest voorkomende vorm van huidkanker. Een plaveiselcelcarcinoom (Latijnse naam: carcinoma spinocellulare, Engelse term: squamous cell carcinoma) is een vorm van huidkanker die de diepte in kan groeien en onderliggende weefsels kan beschadigen. Ook kan een plaveiselcel carcinoom uitzaaien naar de lymfeklieren en andere organen (metastasen) en men kan er aan overlijden als het niet tijdig wordt verwijderd.
Het plaveiselcel carcinoom kan overal op het lichaam voorkomen. Maar het komt het meest voor op plaatsen die aan zonlicht worden blootgesteld, zoals het gezicht (schedelhuid, oren, lippen) de handruggen, en de onderbenen en onderarmen.
De eerste keuze behandeling van een plaveiselcelcarcinoom van de huid is operatief verwijderen. Radiotherapie (bestraling) is ook een effectieve behandelingsmethode.
Het melanoom van de huid is een vorm van huidkanker die uitgaat van de pigmentcellen (melanocyten), die overal in de huid voorkomen. In vergelijking met ander soorten huidkanker is het melanoom een agressiever groeiende tumor die de neiging heeft relatief snel uit te zaaien.
Normale melanocyten beschermen de huid tegen de schadelijke invloed van zonlicht. Wanneer melanocyten in groepjes voorkomen kunnen duidelijke pigmentvlekken zichtbaar zijn: deze pigmentvlekken kennen wij allemaal als moedervlekken.
Net als andere soorten cellen in het lichaam kunnen melanocyten veranderen in kankercellen. Dit kan zowel met melanocyten in moedervlekken gebeuren als met melanocyten elders in de huid.
Terwijl de meeste vormen van kanker vooral bij ouderen wordt gezien, is het melanoom een tumor die relatief vaak bij jong volwassenen wordt gezien. Melanoom op de kinderleeftijd is overigens uitermate zeldzaam.
Risicofactoren voor het krijgen van een melanoom:
ABCDE-regel:
Om het risico van een moedervlek te bepalen wordt ook wel gebruik gemaakt van de ABCDE-regel.
Behandeling maligne melanoom:
In eerste instantie zal het melanoom heelkundig verwijderd worden en opgestuurd worden voor pathologisch onderzoek om de diepte van het melanoom (de Breslow Index) te bepalen. Afhankelijk van deze Breslow Index zal een tweede 'bredere' excisie worden uitgevoerd. Tevens zullen technische onderzoeken (RX longen, echo klieren/abdomen, eventueel PETscan) uitgevoerd worden om metastasen uit te sluiten.
Ook wordt vaak de drainerende klier/Sentinelklier (bijvoorbeeld okselklier wanneer het melanoom zich bevindt op de arm) verwijderd ter controle.
Bij geruststellende technische onderzoeken dient de patiënt op regelmatige basis gevolgd te worden, zowel bij de dermatoloog en bij voorkeur ook bij de oncoloog.
Bij eventuele metastasen of diepere melanomen zonder metastasen kan overwogen worden om bijkomende behandelingen in te stellen. De ontwikkeling van immuuntherapieën hebben de laatste jaren bijgedragen aan stijgende overlevingskansen zelfs bij uitgezaaid melanoom.